“Is dit nou gebreid of niet”, vragen twee oudere heren zich af. Ze staan bij een okergeel jersey truitje waarop ik zo juist razend verliefd ben geworden.
“Want”, zo betogen ze, “wij denken altijd aan breinaalden, hè mevrouw, met van die wol ertussen. Pennetje vier of zoiets.” Ik probeer ze uit te leggen dat jersey ook een gebreide stof is. Alleen héél fijn en op de machine gemaakt. “Net zoals de T-shirts die u vaak draagt”, probeer ik nog. Helemaal landen doet het niet, maar ze schuifelen met zichtbaar plezier naar het volgende breisel.
Tekst Erica Pach
Welkom bij Breiwerk van Chanel tot Westwood
Ik sta in de Kunsthal bij een inspirerend overzicht van modebreiwerken uit de 20e en 21 eeuw, zoals de Kunsthal zelf “ ronkt” op hun site. En ze hebben gelijk: héél inspirerend en vaak ook een trip ‘terug in de tijd’. De chronologische indeling van de expo ontgaat mij, Ik loop nog wel eens zoekend heen en weer. Maar verder: geweldig uitgestald, goed uitgelicht, veel informatie. Dit zijn mijn chronologische breitoppers:
Ook mannen breien
In de late 19e en begin 20ste eeuw wordt de breitechniek vooral gebruikt voor het maken van functionele, warme en rekbare kleding. Veel breisels worden met de hand gemaakt. En wat zo aardig is, niet alleen vrouwen breien, ook de stoere binken zoals soldaten en zeelieden zien in breien een praktisch tijdverdrijf. Aan de vooravond van WO I krijgt breiwerk een nieuwe modieuze status. Die loopt parallel aan de actievere levensstijl van – zich emaniciperende – vrouwen. De houding ten opzichte van kleding verandert. Sportieve kleding van gebreide stof wordt populair bij diverse sporten. Als Coco Chanel in 1913 haar boetiek in Deauville opent en haar kleding in wollen jersey introduceert, brengt zij een ware revolutie teweeg. Vooral als je bedenkt dat deze wollen jersey oorspronkelijk is bedoeld voor mannenondergoed.
Tot de jaren 30 worden alle gebreide kledingstukken, zowel ondergoed als bovenkleding “bonnetterie” genoemd. Dat zet de naam van het voormalig oh zo chique warenhuis De Bonnetterie (nu in Amsterdam een ‘flagshipstore’ voor H&M) in een wat ander daglicht, vind je niet?
Twinset en rok
Een van Chanels stelregels is dat vrouwen zich moeten kunnen kleden ‘comme des garcons’ ( zoals jongens). In 1923 raakt ze bevriend met prins Edward van Wales . Ze leent enkele stukken van zijn sportkleding. De rok met het vest (zie foto) is daarop geïnspireerd. Wanneer een vrouw zo’n kledingstuk draagt, doet ze vanzelfsprekend haar handen in de zakken, ontspant haar schouders en neemt de voor Chanel zo kenmerkende, ontspannen houding aan. De zogenaamde ‘Chanel slouch’. Deze houding staat in schril contrast met die van de korsetdragende “Edwardiaanse dames”!
Badpakken
De badpakken zoals we ze nu kennen, zien er wel anders uit in de twintiger jaren van de vorige eeuw. Toen zwom je nog in gebreide wol. Het zal niet eenvoudig zijn geweest om je baantjes te trekken in die tijd. Want natte wol wordt loodzwaar. En opdrogen? Dat moet uren geduurd hebben. Veel badpakken zijn machinaal gebreid, maar zie ook hier: huisvlijt op breipennen. Het Britse bedrijf Meridian maakt een strakker gebreide, dubbele jerseystof met modieuze dessins. In de vijftiger jaren komen de elastische stretchstoffen voor de badpakken. Gek genoeg blaast Rudi Genrreich in 1967 het gebreide zwempak nieuw leven in met zijn beroemde topless badpak. Hij beschouwt de monokini als een protest tegen een onderdrukkende maatschappij. “Laten we alsjeblieft nu eens ophouden met dat puberale gegrinnik over bloot. Ja een vrouw heeft borsten, wen eraan. De monokini staat voor vrijheid,” zegt hij in een interview.
Retrotrend
De eerder genoemde prins Edward van Wales is een modieus man. In de jaren twintig krijgt hij een spencer cadeau van de eilandbewoners Fair Isle en wordt vervolgens gefotografeerd tijdens het golfen. Een internationale trend ontstaat. Het Schotse eiland komt met zijn spencers opnieuw in de populariteit in de jaren zeventig, als Paul McCartney in de TV-film Magical Mysterie Tour van de Beatles ( 1967) zo’n Fair Isle spencer draagt.
Overdag gebreide jurken, truien en pakken dragen is in de jaren dertig een stijlvolle en geraffineerde keuze. Elsa Schiaparalli begint haar carrière met het ontwerp van een trui met een ingebreide trompe-l’oeilstrik. Iemand die dat tegenwoordig ook heel leuk doet is Michel Barnaart van Bergen uit Den Haag.
En dan komt de cocktail sweater in de jaren 50 in zwang. Elegante avondtruitjes met een geaccentueerde taille en decoratief element. Prachtig op zo’n wijde avondrok. Een eigentijdse interpretatie van de avondkleding toen. Ook hier weer herkenning. Heb zelf zo’n truitje in de zeventiger jaren op de kop getikt. Zwart met een heldergroene band dwars erover, net boven de boezem,met edelweisjes afgeborduurd. Maar ook dat ding viel uiteindelijk uit elkaar; zo verdrietig. Ook de geëxposeerde folkloristische breisels was een feest van herkenning. Ooit had ik ook zo een bolletjestruitje op de kop getikt. Tot op de draad toe heb ik dit veertigerjaren truitje gedragen. Diverse keren laten verstellen om er alsjeblieft geen afscheid van te hoeven nemen. Maar ja, eens komt een einde eraan. Gelukkig heb ik zeker tien jaar geleden weer zo’n soort vest weten te bemachtigen.
Het nieuwe breien
In de jaren tachtig gooien Vivienne Westwood en Comme des Garçons de boel omver met hun unieke collecties. Gevestigde merken Zandra Rhodes en Sonia Rykiel ontwerpen voor het hogere markt segment.
De trui in het midden van Westwood en McLaren (toen nog een stel) heet “hangman’s jumper”: de sluiting bij de hals doet denken aan een strop.
In negentiger jaren verandert Julien MacDonald de kijk op het gebreide kledingstuk. Hij gebruikt zijn breimachines op een virtuoze manier en experimenteert met onorthodoxe materialen. Het is interessant om te zien dat je van het gangbare kunt afwijken en toch draagbare mode kunt maken. De geometrische patronen zijn het handelskenmerk van deze ontwerper. Het hemdje en rok zijn van de jaren 90, gebreid met nylongaren met perspex appliqué. De rok is van gebreide zilverfolie. En dan kom ik aan bij de 21ste eeuw. Het breiwerklabel Sibling werkt samen met kunstenaars, musici en fotografen waardoor op een speelse manier ontwrichting ontstaat t.o.v de klassieke breiwerken. Zoals kasjmier twinsets in panterprint, vibrerende Bretonse strepen en over the top creaties in cartooneske kleuren. Voor wie van mode houdt en nog meer van breisels. Wie ook zo nu en dan wil zuchten van verrukking bij zoveel nostalgie, ga deze expo zien. Het kan nog tot en met zondag 13 maart. Veel plezier.
Groetjes Erica